Soorten Textiel
In de loop der tijd zijn er drie groepen textielvezels gebruikt en ontwikkeld:
Traditionele natuur vezels
wol – linnen/vlas – katoen – zijde – jute
Kunstmatige natuur vezels
viscose – modal
Synthetische vezels
Acryl – Elastomeren (Lycra, Elastan, Dorlastan, Spandex) – Fleece – Lurex – Nylon – Polyester (Terlenka, Trevira)
Al deze vezels hebben een andere structuur. Daardoor reageren ze anders op water en op vuil, en hebben ze een eigen schoonmaak benadering nodig. Zo mogen wol, polyacryl en zijde alleen gewassen worden bij lage temperatuur. Fijne weefsels hebben ook baat bij een wasmiddel met een samenstelling die iets meer schuim geeft in de was.
Bij sommige producten zijn in de shops bij de textielsoorten afkortingen gebruikt in het onderstaande overzicht ziet u wat deze afkortingen betekenen.
Afkortingen van textiel vezels zijn:
AC = Acetaat
CL = Polyvinylchloride
CO = Katoen
CV = Rayon
F = Alcantara/suede
LI = Linnen
LRX = Lurex
MD = Modal
PVC =PolyVinylChloride
MA = Modacryl
PA = Polyamide/nylon
PAN = Acryl
PC = Polyacryl
PE = Polyethyleen
PL = Polyester
PP = Polypropyleen
PU = Polyurethaan
SE = Zijde
VI = Viscose
WM = Mohair
WO = Wol
WP = Alpaka
Traditionele Natuurvezels
Traditionele natuurvezels het woord zegt het al vezels afkomstig uit de natuur van plant of dier. Soorten natuurvezels zijn:
Wol:
Zijn de zachte en dunne haren die groeien in de vacht van dieren zoals schaap,angorakonijn,lama. Wol verschilt per wolsoort afhankelijk van het dier waar het afkomstig van is. Wol is een goede warmte-isolatie. De wastemperatuur mag nooit hoger zijn dan 30 graden, om vervilting en krimp te voorkomen. Wol nooit in de week laten staan, en vermijd centrifugeren in de wasmachine. Breng het kledingstuk na het wassen zo goed mogelijk in vorm en laat wollen breisels liggend drogen om vervorming te voorkomen.
Linnen/Vlas:
De grondstof voor linnen is vlas. Vlas is een plant uit de vlasfamilie. Vlas is een bastvezel: de bundels van korte vlasvezels liggen in de bast om een houten kern en zijn naar buiten toe beschermd door een vlies. Er is een hele serie bewerkingen nodig om bruikbare textielvezels vrij te krijgen. Linnenweefsels hebben een groot vochtabsorberend vermogen, maar kleding gemaakt van linnen kreukt vaak sterk. Linnen is uitstekend bestand tegen hitte. Linnen verdraagt hitte zelfs nog beter dan katoen. Hoge was- en strijktemperaturen zijn bij linnen dan ook geen enkel bezwaar.
Katoen:
Is het zaadpluis van de katoenplant. Katoen is zacht, goed vochtopnemend, luchtdoorlatend en duurzaam. Katoen is goed bestand tegen hoge was- en strijktemperaturen. De was- en strijktemperatuur is echter wel afhankelijk van de fijnheid en de kleurvastheid van de stof. Wees voorzichtig met het strijken van dunne katoenen stoffen: hierbij loopt u kans op schroeiplekken.
Zijde:
Het eiwit is de chemische grondstof van natuurzijde. Zijde bestaat dankzij de zijderups. Dit beestje leeft van de bladeren van de moerbeiboom. In het proces van transformatie tot vlinder spint de rups een cocon, die bestaat uit zeer dunne draden en lijm die hij zelf afscheidt. Zijde is de dunste en tevens naar verhouding de sterkste natuurlijke vezel die in de textielindustrie gebruikt wordt. Omdat zijde heel veerkrachtig is, zullen kreukels en vouwen snel uithangen. Zijde moet (net als wol) voorzichtig worden gewassen en gestreken. Was zijde bij voorkeur door een snelle handwas, met een wolwasmiddel.
Jute:
Is een lange, zachte, glanzende, plantaardige vezel die tot ruwe, sterke draden kan worden gesponnen. Het wordt verkregen uit planten uit het geslacht Corchorus, die voornamelijk in warme, vochtige gebieden voorkomen. Jute is een van de goedkoopste natuurlijke vezels, en na katoen de meest gebruikte. De vezels van jute zijn hoofdzakelijk samengesteld uit cellulose en lignine. Jute mag heel voorzichtig, koud en met de hand gewassen worden. Daarna liggend laten drogen.
Kunstmatige Natuurvezels
Zijn natuurlijke plantaardige vezels die zijn gesynthetiseerd,kunstmatig nagemaakt.
Soorten kunstmatige natuurvezels zijn:
Viscose:
De belangrijkste kunstmatige plantaardige vezel is viscose. De grondstof voor viscose is naaldhout of linters (de restanten van de katoenpluis). Uit dit hout of houtachtige product wordt de cellulose vrij gemaakt en opgelost tot een stroperige vloeistof, die daarom viscose heet. Hiervan worden met een speciale techniek draden gemaakt als basis voor de stof. Viscose is van nature sterk glanzend (hard en metaalachtig).Viscose neemt, zoals alle cellulose vezels, gemakkelijk en snel veel vocht op. U kunt viscose eventueel op hoge temperaturen wassen.
Modal:
Is een viscose waarvan de gebruikseigenschappen verbeterd zijn. Door een speciale behandeling is dit materiaal slijt bestendiger en beter kreukherstellend gemaakt. Bovendien heeft het een fraaiere glans, en is het sterkteverlies in natte toestand minder dan bij viscose. Verder zijn de eigenschappen van modal vrijwel gelijk aan die van viscose.
Synthetische Vezels
In principe is de productie van synthetische vezels nooit milieuvriendelijk te noemen en gaat de voorkeur naar natuurlijke stoffen. In de levenscyclus echter komt het gebruik gemak en duurzaamheid van deze vezels dikwijls veel sterker uit. Synthetische stoffen zijn vaak slijt vaster en beter te reinigen dan natuurlijke stoffen. MICROVEZEL is een extreem fijne synthetische vezel (uit alle mogelijke combinaties van natuurlijke en synthetische garens ) waarvan textiel geweven kan worden dat aanvoelt en eruit ziet als een natuurlijke stof.
Acryl:
Acryl is de korte naam voor een synthetische textielvezel op basis van polyacrylonitril. Door polymerisatie van acrylonitril worden er lange, lineaire moleculen gemaakt, die geschikt zijn voor gebruik als (textiel)vezel. Het is een sterke vezel, die veel wordt gebruikt voor vloerbedekking of wordt bijgemengd bij wol of andere natuurlijke vezels. Acryl wordt meestal aangevuld met andere synthetische materialen. Zuiver acryl is namelijk heel brandgevaarlijk, en bovendien slecht te verven. De brandbestendigheid wordt verbeterd door toevoeging van brandvertragers. Styreen wordt gebruikt om kleurstoffen beter te laten hechten aan het materiaal.Wassen bij maximaal 40 graden; niet strijken.
Elastomeren (Lycra, Elastan, Dorlastan, Spandex):
Lycra is een handelsnaam voor een synthetisch rubber, dat ook verhandeld wordt onder de namen Elastan, Dorlastan of Spandex. Het is een elastomeer die uit o.a. polyurethaan bestaat en die door een polyadditie proces wordt gemaakt. De rekbaarheid van polyurethaan is het grootste van alle textiele materialen. Daarom wordt dit materiaal veel gebruikt in boorden, nauwsluitende zwemkleding en sportkleding, waar rek en (blijvende) aansluiting op het lichaam gewenst is. In steun kousen helpt de druk van lycra de bloedsomloop. Het wordt vaak gecombineerd met ander materialen zoals polyester.
Wassen bij maximaal 40 graden, koud strijken.
Fleece:
Fleece is een materiaal op basis van polyester. Hiervoor wordt vaak gebruikgemaakt van gerecyclede flessen. Van dit materiaal wordt dan een breisel gemaakt waarvan de lussen aan de oppervlakte worden opengesneden om vervolgens te worden opgeruwd. De naam betekent “vacht” en verwijst al naar de goede warmte-isolerende eigenschappen. Het wollige zachte oppervlak in combinatie met de luchtmoleculen in het breisel zorgt voor een isolerende werking en vocht transport. U kunt fleece in de wasmachine wassen bij lage temperatuur. Strijken is niet nodig.
Lurex:
De meeste Lurex-garens bestaan uit gemetalliseerde polyester film, die aan beide kanten bedekt is met een kunsthars laag. Doordat het lichaamsvocht gelijkmatig over de stof wordt verdeeld, kleven kledingstukken bij warmte niet aan de huid. Van nature heeft het een zilveren glans, maar het kan in allerlei kleuren geverfd worden. Lurex blijft het mooist als het gestoomd wordt.
Nylon:
Is een verzamelnaam voor verschillende soorten vezels, die oorspronkelijk zijn ontwikkeld als synthetisch alternatief voor zijde. Kousen of panty’s worden vaak nylons genoemd, omdat deze gemaakt zijn van deze polyamide kunststof.
Wassen bij maximaal 40 (gekleurd nylon) tot 60 (wit nylon) graden en koud strijken.
Polyester (Terlenka, Trevira):
Een polyester is een polymeer dat bestaat uit een keten van ester verbindingen. Polyesters worden gevormd door een polycondensatiereactie van dicarbonzuur en een diol. Er zijn veel verschillende soorten polyester. Een bekend voorbeeld is PET (gebruikt voor productie van frisdrank flessen en voor kleding), op basis van glycol en tereftaal zuur. Als polyester te heet wordt gewassen of gestreken, krimpt het sterk.Wassen bij maximaal 60 graden en koud strijken.